Is er verschil tussen paddestoelen, een zwammen en schimmels? Hoe zit dat in het dagelijks taalgebruik en tot slot, wat vinden biologen die gespecialiseerd zijn in deze materie ervan? Het vertrekpunt is de hoofdindeling van de natuur. in welke categorie vallen paddenstoelen, zwammen en schimmels? De hoofdindeling van de natuur bestaat uit vijf categorieën.

• Dieren
• Planten (denk aan tuinplanten of zelfs een kamerplant zoals de Lepismium)
• Eencelligen
• Schimmels
• Bacteriën

De schimmels nemen dus een aparte plaats in de indeling van de natuur.

Wat in het dagelijks leven paddenstoel, zwam of schimmel wordt genoemd valt allemaal binnen de hoofdcategorie schimmels.

Wat zegt de dikke van Dale over paddenstoelen, zwammen en schimmels?

De dikke van Dale heeft ook een omschrijving bedacht voor paddenstoelen, zwammen en schimmels.

• Schimmel: een plantje dat behoort tot de zwammen en dat op dode of levende stoffen groeit
• Zwam: (in het meervoud) sporenplanten zonder bladgroen, in hun bestaan afhankelijk van andere organismen
• Paddenstoel: zwam met een op een steel geplaatste hoed
• Sporenplant: plant die geen zaad, maar sporen voortbrengt: varens, mossen en zwammen zijn sporenplanten
• Spore: voortplantingscel bij sporenplanten

Het woord plantje en sporeplantje bij de definitie van schimmel en zwam zijn in ieder geval niet goed. Een schimmels en zwammen zijn schimmels en geen planten zoals een begonia dat is. Het onderscheid dat de van Dale maakt is niet helemaal duidelijk, maar het lijkt alsof er drie verschillende dingen zijn. Schimmel lijkt te gaan over de draden en pluizen die op dode of levende stoffen groeien. Zwammen groeien op andere organismen en de paddenstoel is ook een zwam, en die heeft een steel met een hoed. Die laatste is het meest duidelijk. De term zwam is nog steeds niet duidelijk.

Hoe wordt in het dagelijks leven paddestoel, zwam en schimmel gebruikt?

De stelen met hoedjes worden paddenstoelen genoemd. Varianten die daar niet aan voldoen worden vaak zwammen genoemd (maar ook niet helemaal, denk bijvoorbeeld aan het elfenbankje, die heeft geen steel en hoed, maar wordt wel een paddestoel genoemd) en tot slot de pluizen en draden die bijvoorbeeld op brood of bedorven etenswaar te vinden is wordt schimmel genoemd. Dit lijkt in lijn te zijn met de het onderscheid dat de van dale lijkt te maken.

Wat vinden biologen van de termen paddenstoel, zwam en schimmel?

De biologen die verstand hebben van schimmels worden mycologen genoemd. Ze lijken de term zwam bij voorkeur te gebruiken. Op hun site geven ze aan dat de term paddenstoel en zwam door elkaar gebruikt mag worden. Wat in het dagelijks taalgebruik paddenstoel wordt genoemd is het vruchtlichaam van een schimmel). Daarin zitten de ‘zaden’ van de paddenstoel, die worden sporen genoemd. Er zijn ook schimmels die een andere vorm vruchtlichaam hebben, zoals de stijfselzwam. De indeling die mycologen gebruiken is niet naar verschijningsvorm, zoals in het dagelijks taalgebruik, maar naar de manier van voortplanting. Dat laatste voert te ver om hier uit te leggen.

Tot slot de conclusie

• Paddenstoelen, zwammen en schimmels vallen allemaal onder het rijk van de schimmels.
• Schimmels worden in het dagelijks taalgebruik  de draden en pluizen genoemd wij met bederf associëren.
• De paddenstoel is de vrucht van een schimmel en bevat de sporen waarmee de schimmel zich kan voortplanten.
• Paddenstoelen en zwammen zijn synoniem aan elkaar (bijvoorbeeld de vliegenzwam is ook een paddenstoel). De termen mogen door elkaar worden gebruikt.
• Mycologen hebben in het vakgebied een eigen indeling van de schimmels gemaakt. Mooi om te weten, maar in het dagelijks taalgebruik niets van aantrekken.
• Wat de dikke van Dale precies bedoeld met zwam is niet duidelijk.